Goirle heeft een lange geschiedenis in de textiel. De productie begon al in de Middeleeuwen. Voornaamste product was linnen, ook bekend als ‘spoel’. Linnen werd gemaakt van het toentertijd overal verbouwde vlas en gebruikt voor [werk]kleding, zakken, matten en dergelijke. Aanvankelijk gefabriceerd door thuiswerkers en kleine bedrijfjes, vanaf de negentiende eeuw door spinnerijen, ververijen en weverijen. Zoals de HAVEP waarmee Hendrik van Puijenbroek in 1865 begon.

Sterk als ijzergaren

De sterke stof linnen begint met vlas. Een veelzijdige plant omdat alle delen gebruikt kunnen worden. Daar komt bij dat de vlasvezels supersterk en slijtvast zijn. Vroeger heette het ‘ijzergaren’ en konden meelzakken om maar iets te noemen, generaties mee.

Overigens gebruikten de Egyptenaren al vlas, ook vanwege het lijnzaad. Eeuwen later brachten de Romeinen het vlas naar Noord-Europa waar het nog lang als grondstof voor vrijwel alle kleding diende.

Kort en lang

Vlas gedijt ook op minder vruchtbare grond en wordt met wortel en al geoogst waarna het wekenlang blijft liggen en gedraaid wordt [‘roten’]. Na het drogen worden de korte vezels van de lange vezels gescheiden [‘zwengelen’ en ‘hekelen’].

De korte vezels worden gebruikt voor touw, papier, isolatiemateriaal en dergelijke. De lange – die helemaal doorlopen tot in de wortels – voor het spinnen van vlasgaren en uiteindelijk voor linnen.

Altijd duurzaam

De grootschalige textiel is al allang uit Goirle verdwenen maar de HAVEP bleef. Begon Van Puijenbroek 150 jaar geleden met het duurzame vlas, tegenwoordig gebruikt men het betere katoen en zelfs gerecycled plastic.

Blijft mooi hoe de geschiedenis telkens weer opduikt, niet alleen in straatnamen [Damast, Schietspoel, Scheerdershofje, Velours, Weverstraat…], ook in gebouwen zoals dat van Havephof.

 

havephof blog 30 juni 2

Dit bericht delen op social media?
Dat kan via onderstaande buttons.

Pin It on Pinterest